“Ik zeg altijd: Je bakt hier met je ogen”
Fotografie: Wijnand van Till.
De Notenwinkel van Zeist bestaat al ruim 40 jaar en werd vorig jaar zelfs voor de derde keer uitgeroepen tot beste notenspecialist van Nederland. Geen wonder, want smaak staat hier voorop, zegt eigenaar Edwin Schreff (59). “Met name de Wilde Mannen-mix is razend populair.”
De link is gekopieerd
Er is iets mis gegaan..
Ooit bezat Edwin een klein notenwinkeltje, maar inmiddels is dit uitgegroeid tot een winkelruimte die meer dan 300 vierkante meter beslaat. De retail verandert en Edwin doet daar graag aan mee. Zeven jaar terug omarmde hij dan ook zijn huidige shop-in-shop concept. “Retail en horeca samen was destijds enorm in opkomst en storytelling werd heel belangrijk. Dat wilden wij hier ook creëren. We hebben het pand hiernaast erbij gehuurd en zijn naar een vijf keer zo grote winkel gegaan. Ik wilde me graag onderscheiden ten opzichte van de concurrent, maar een grotere winkel betekent ook dat je persoonlijke karakter mogelijk verloren gaat. Toch hebben mijn vrouw Angelique en ik de stap genomen.”
Sneeuwbaleffect
Links in de winkel is nu een café, waar koffie van de eerste CO2-neutrale koffiebranderij van Nederland wordt geschonken. Recht tegenover de ingang staan bonbons van Leonidas - de winkel is het grootste verkooppunt van dat merk in Nederland. Daar weer achter staan machines te draaien en wordt chocolade gemaakt, terwijl de hele rechterkant van de winkel, tot aan achteren toe, is gevuld met verse noten. “Vanaf dag één was dit concept een groot succes. Het enige waar ik spijt van heb, is dat ik het niet eerder heb gedaan. We leveren inmiddels aan driehonderd kaas- en delicatessenzaken en daarnaast horeca. In de winkel hebben we nu een sneeuwbaleffect: mensen drinken een bakje koffie, eten appeltaart en lopen vervolgens een rondje langs de noten en cadeaupakketten.”
“Ooit hadden noten een slecht imago, maar dat is allang niet meer”
Jong de retail in
Om het persoonlijke karakter van de eerdere winkel te behouden, staan alle toonbanken en medewerkers met hun neus naar de klant toe. Tegen een rug kun je tenslotte niet praten, aldus Edwin. Enthousiast begroet hij een klant door even zijn hand op te steken, om vervolgens verder te vertellen over zijn retailverleden. Dit is hem met de paplepel ingegoten. “Ik rolde al op mijn twaalfde de retail in. Mijn ouders hadden een zaak in Oosterbeek, die mijn broer heeft overgenomen. Hij doet precies hetzelfde als ik, maar dan zonder horeca. Ik ben in ’91 in een ander pand voor mezelf begonnen en in ’98 heb ik dit pand gekocht. Ik werkte destijds bij Albert Heijn Arnhem en Oosterbeek en zou eigenlijk bedrijfsleider worden, maar toen kwam dit op mijn pad. Al tijdens mijn sollicitatie had ik vermeld: Als ik voor mezelf kan beginnen, ben ik weg.”
Vanuit de hele wereld
Hij loopt naar de rechterkant van de winkel, waar alle noten netjes gerangschikt staan opgesteld: gebakken, gezouten, ongebakken en ongezouten. Paranoten uit Bolivia, walnoten uit Chili en Frankrijk, macadamianoten uit Australië, pecannoten uit Amerika en cashewnoten uit India, somt Edwin op. “We halen ze vanuit de hele wereld. Het ene land is namelijk echt het andere land niet. Dit heeft te maken met de grond en het klimaat. Per noot verschilt dit. De ene noot groeit aan een boom, terwijl de ander onder de grond of aan een struik groeit. Pinda’s rijpen bijvoorbeeld onder de grond.” Hij schept een lading noten uit één van de lades met nog ongebakken noten achterin de winkel. “Hier hebben we bijvoorbeeld de pinda’s, twee soorten. De één is sterker van smaak, de ander heeft een zoete nasmaak. De eerste komt uit China, de tweede uit Amerika. Dat is een wezenlijk verschil. Kijk, en hier hebben we cashewnoten. Deze komen uit Vietnam en zijn wat zoeter en zachter, omdat ze met schil en al worden gekookt en vervolgens worden gedroogd. Maar deze komen uit India, waar ze boven een vlammetje worden gepeld, zodat de noot met warmte in aanraking komt en het vocht verdampt. Dat zorgt voor structuur- en smaakverschil.”
Met de hand bakken
Alles wordt in de winkel met de hand gebrand. Achterin de zaak staan twee medewerkers noten te bakken. “Verser kun je het niet hebben. We bakken in arachideolie, dus geen sojaolie, geen frituurvet. In zonnebloemolie zit veel meer vocht en dat zorgt ervoor dat de noten sneller verbranden. Olijfolie kun je maar één keer gebruiken. Een voordeel van arachideolie is dat je deze hoog kunt verhitten, zonder dat de olie kapotgaat. De meeste noten zijn mooi als ze wat lichter zijn, maar zijn ze té licht, zijn ze weer niet krokant genoeg. De één is met twee minuten bakken klaar, de ander met vier. Pinda’s bak je de eerste keer drie minuten, dan stop je even en vervolgens bak je ze nog een keer. Ik zeg altijd: Je bakt hier met je ogen.”
De Wilde Mannen-mix
Passie en ambacht staan in Zeist hoog in het vaandel, net als smaak. Daar komen klanten ook voor. De doelgroep? Maar liefst negentig procent is vrouw. Daarom hebben Edwin en zijn team de Wilde Mannen-mix geïntroduceerd. “Onze vrouwelijke klanten vinden dit he-le-maal fantastisch. De mix bestaat uit vier soorten noten en de smaken gaan van links naar rechts en van boven naar onder. We hebben hete, krokante wasabi noten, zoute cashew, zoete en in honing gefrituurde pecan- en macadamianoten met Djakarta kruiden. Als je er van alle soorten één pakt en ze tegelijk in je mond stopt, vliegen de smaken alle kanten op.”
Zoon in de zaak
Edwin gebaart naar de toonbank in het café, waar zoon Bjorn (28) aan het werk is. Dat bevalt goed. Hij werkt fulltime in het café, omdat Bjorn zelf - jammer genoeg - een notenallergie heeft. “Met mijn vader werken is heel gezellig, al hebben we ook weleens conflicten die je met een normale werkgever niet hebt. Maar bovenal is het positief, hoor. Ik loop langs de tafels en help. Hartstikke leuk.” Om te voorkomen dat de koffie koud wordt, komt hij snel achter de toonbank vandaan en maakt hij zijn ronde. Edwin zegt lachend: “Geloof me, soms ben je strenger voor je eigen zoon dan voor de rest van het personeel. Het is toch een stuk van jezelf. Hij heeft ook al aangegeven de zaak op de langere termijn over te willen nemen. Dat is natuurlijk hartstikke mooi.”
Voldoening
Met nog geen haar op zijn hoofd denkt Edwin aan pensioen. “Als ik het niet leuk meer vind, stop ik ermee, maar ik vind het nog altijd heel afwisselend. Ik wil graag onze horecagroothandel in De Meern verder uitbouwen, zodat deze landelijke dekking krijgt en ook gaat leveren aan supermarkten. Toch haal ik nog steeds voldoening uit de winkel zelf. Kijk maar om je heen. Je moet voelen wat hier gebeurt, het meemaken. Daarom is alles ook zichtbaar voor de klanten. Ooit hadden noten een slecht imago, maar dat is allang niet meer. Noten zijn hartstikke gezond. Duurzaam, voedzaam en bomvol eiwitten. Gelukkig voor ons zijn ze bij steeds meer mensen in trek.”
ACHTERGROND
Edwin Schreff is nu 59 jaar. Als hij de AOW-leeftijd bereikt (nu is dat 67 jaar) ontvangt hij AOW, het basispensioen van de overheid. Daarbovenop komt het ouderdomspensioen dat Edwin in loondienst heeft opgebouwd. Je checkt makkelijk wat je aan pensioen hebt opgebouwd op mijnpensioenoverzicht.nl of op de persoonlijke pensioenomgeving achter de login op Pensioenfonds Detailhandel (inloggen met DigiD).