Ze was al 27 jaar juf op een basisschool, haar kinderen inmiddels volwassen. Janine Everts-Witvoet wist: als ik in mijn werkzame leven nog eenmaal het roer wil omgooien, moet ik het nú doen. Ze koos voor haar passie (“Mooie kleding van topmerken”) en begon in Haren haar eerste winkel in tweedehands designer fashion van topmerken als Gucci, Prada, Louis Vuitton, Chanel en Burberry. Inclusief tassen, schoenen, laarzen, sieraden en andere accessoires, eveneens van topmerken. Pre-loved, zoals ze dat noemt. Onder het motto ‘first class second hand’. Met resultaat: inmiddels heeft Janine ook De Diva-winkels in Sneek en Zwolle.

Hoe kwam je op het idee?
“Ik was altijd al op zoek naar mooie kledingmerken. Dan ben je verzekerd van een goede pasvorm en mooie stoffen. Maar ja, ik stond voor de klas; dan ga je geen 800 euro betalen voor een leuk jasje. Ik zocht hier, in de noordelijke provincies, wel in tweedehandswinkels maar daar vond ik nooit wat. In de Randstad en dorpen als Blaricum wel. Zo kwam ik op het idee van De Diva.”

Hoe werkt je concept?
“Mensen vinden het vaak zonde om ongebruikte designerkleding zomaar weg te gooien. Ze verkopen het liever aan iemand die het wél weer draagt, en wij helpen ze daarbij. Op onze website staan onze inbreng-eisen: de kleding moet schoon zijn, zonder vlekken. Geen beschadigingen, dus echt puntgaaf, want wij zijn geen kledingherstellers. In overleg bepalen we de verkoopprijs, grofweg een kwart van de originele prijs. Bij heel populaire merken soms iets meer, zeker als een item er nog als nieuw uitziet. De verkopers ontvangen 45% van de verkoopprijs, wij de rest. We etaleren de kleding drie maanden.”

Wat doen jullie met niet-verkochte items?
“Soms gaan die terug naar de eigenaren. Maar heel vaak vinden ze het goed als wij die schenken aan een goed doel. In Zwolle en Haren geven we het bijvoorbeeld aan een stichting die de kleding uitdeelt aan mensen met geen of heel weinig geld. Nou, die worden daar heel blij van. En de oorspronkelijke eigenaar en wij op onze beurt ook.”

Hergebruik voorkomt verspilling. Was dat voor jou een belangrijk argument?
“Zeker. Het is toch doodzonde als al die prachtige kleding ongebruikt in een kast hangt te verstoffen? Dat hoor ik ook van de mensen die via ons hun kleding willen verkopen: zij willen goede kleding niet zomaar weggooien. Maar eerlijk gezegd ging het me daarnaast vooral om de commerciële kansen: blouses, schoenen, tassen van topmerken, allemaal zo goed als nieuw, voor een schappelijke prijs. Ik weet zelf hoe groot de kick is als je met een bescheiden budget toch een topmerk kunt dragen.”

Jongeren zijn bovengemiddeld duurzaamheidsbewust. Trekken jullie veel jonge klanten?
“Steeds meer. Soms komen jongeren hier met hun moeder of zelfs ook hun oma, dan is het leuk als ze allemaal wat kopen. We verkopen ook wel eens aan studenten. Vanaf een jaar of twintig zie je dat jongeren meer oog krijgen voor duurzaamheid, zeker ook wat betreft hun kleding. Dat ze echt klaar zijn met goedkope kleding waarvan je je vaak kunt afvragen onder welke arbeidsomstandigheden die is gemaakt.”

Letten jullie daar zelf ook op?
“Nou, als ik weet dat kleding van een bepaald merk misschien is gemaakt door jonge kinderen in een naaiatelier in India of Bangladesh, ga ik die echt niet verkopen. Dat past niet in ons concept.”

Hoe gaan de zaken?
“Goed. Al hebben we ‘m tijdens corona wel geknepen: we hebben geen webshop, dus boekten nul omzet toen de winkels gedwongen dicht gingen. Maar voor die tijd gingen de zaken gelukkig erg goed, en ook nu weer.”

Welke items gaan echt als warme broodjes?
“Mooie merktassen van Louis Vuitton en Chloé, die vlíegen weg. Dure sneakers van Balenciaga of bijzondere Nikes gaan ook heel hard. De mooiste items van merken als Chanel, Prada en Gucci noemen we ‘goud’ en hangen we in een apart rek, op letterlijk gouden hangers.”

Met jouw liefde voor topmerken, is dit voor jou een snoepwinkel?
“Absoluut, haha. Ik draag altijd kleding uit een van onze winkels. Iedere dag wat anders. Hetzelfde geldt voor onze veertien medewerkers. Ik verplicht tot niets, maar iedereen mag uit de winkels dragen wat ze willen.”

En als een klant nou nét zoekt wat een van jullie aan heeft?
“Dat gebeurt geregeld. We proberen dan eerst om ze op vergelijkbare items te wijzen. Maar ja, we zijn natuurlijk wel een winkel, alles is hier te koop. Laatst wees een klant verrukt naar mijn sneakers: in deze uitvoering zocht ze die al jaren! Ik heb ze direct uitgetrokken en voor een mooi prijsje aan haar verkocht. Leuk toch?”

Met jouw winkels zit je op toplocaties. Best duur toch, voor een tweedehandswinkel?
“Dat doe ik expres. In Zwolle zitten we bijvoorbeeld recht tegenover het chique Pauw. In het begin kijken ze dan wel wat sceptisch naar ons. Zo van, wéér een tweedehandswinkel. Maar als we eenmaal open zijn, zien ze de toegevoegde waarde: hun merken worden bij ons doorverkocht. En van de opbrengst kunnen de klanten dan weer nieuwe kleding kopen bij hen. Zo is de cirkel weer rond.”

Mis je de klas nog wel eens?
“Tuurlijk, ik heb dat altijd geweldig werk gevonden. Maar nu ben ik heel blij dat ik deze stap naar het ondernemerschap heb gezet. Het heeft me enorm veel energie gegeven. En het blijft inspireren dat we klanten blij maken met mooie merken, voor relatief weinig geld.”